
“Waar wil je naartoe?” – Je supervisor als taxichauffeur
Soms vergelijk ik mezelf als supervisor met een taxichauffeur. Niet omdat ik de hele dag mensen van A naar B vervoer, maar omdat het beeld treffend laat zien hoe ik mijn rol zie in het begeleidingsproces.
Wanneer een supervisant bij mij instapt – figuurlijk dan – is mijn eerste vraag niet:
“Waar wil je vanaf?”
Ook niet: “Waar kom je vandaan?”
Nee, ik begin met:
“Waar wil je naartoe?”
Want net als bij een echte taxirit is het belangrijk om te weten wat de bestemming is. Zonder bestemming kan ik als chauffeur wel gaan rijden, maar de kans dat we op een plek uitkomen die zinvol of helpend is, is bijzonder klein.

Soms weet iemand zijn bestemming nog niet precies. Dan trap ik niet meteen het gaspedaal in, maar stel ik vragen:
- Wat zou je willen dat er verandert?
- Hoe zou je willen dat het eruitziet als het beter gaat?
- Wat is voor jou belangrijk in deze fase?
En soms weet iemand vooral waar hij niet heen wil:
“Ik wil niet weer blijven hangen in uitstelgedrag.”
“Ik wil niet telkens over mijn grenzen gaan.”
“Ik wil niet meer zoveel twijfelen aan mezelf.”
Maar ook dan is mijn reactie:
“Oké, en waar wil je dan wél heen?”
Als taxichauffeur is het mijn taak om iemand veilig, comfortabel en via een route die werkt, naar die gewenste bestemming te brengen. Niet sneller dan nodig, maar ook niet eindeloos omrijden. Onderweg stel ik vragen, geef ik ruimte voor reflectie, en zorg ik dat de supervisant zelf aan het stuur komt te zitten van zijn ontwikkeling.
Want pas als iemand uitstapt met het gevoel: “Ik ben dichter bij mijn doel gekomen en heb zelf de regie gevoeld,”
…dan ben ik tevreden.
En zij – meestal – ook.
Wil je als beginnend vaktherapeut ook instappen voor een professionele rit vol inzicht en ontwikkeling? Je bent van harte welkom. 🌟